22 mei 2024

Samenredzaamheid geeft inwoners regie over gezondheid en ontlast professionals

Het is belangrijk dat inwoners minder vaak een beroep doen op de zorg. Vooral als hun medische klachten een niet-medische oorzaak hebben. ‘De kosten voor de zorg blijven stijgen en de schaarste aan personeel geeft nu al acute knelpunten’, zegt Han Rutten, senior onderzoeker van HAN University of Applied Science. ‘Het is belangrijk dat mensen zoveel mogelijk zelf de regie nemen over hun gezondheid. Dat betekent dat we de zelfredzaamheid moeten ondersteunen.’

Ouderen leggen een kaartje
© VWS/PureBudget

Steun vanuit de gemeenschap

Maar met zelfredzaamheid ben je er niet. Er zullen altijd mensen zijn die het alleen niet redden. Die moeten steun krijgen vanuit de gemeenschap. Bijvoorbeeld met activiteiten om eenzaamheid tegen te gaan en de gezondheid te bevorderen of hulp bij de boodschappen.

Rutten gebruikt hiervoor het begrip ‘samenredzaamheid’. Dat kan gebeuren door burenhulp of familie, of door georganiseerde inwonerinitiatieven. Pas als dat niet voldoende helpt, moet er professionele hulp worden ingeschakeld, vanuit het welzijnswerk of de gezondheidszorg.

Op beleidsniveau vindt de wens naar meer zelf- en samenredzaamheid weerklank, constateert Rutten. Inwoners voelen de urgentie nog veel minder. ‘Misschien verandert dat als mensen de huisarts bellen met een klacht en te horen krijgen dat ze pas over twee of drie weken terecht kunnen, tenzij er een acuut probleem is. Of wanneer de huisartspraktijk in hun dorp de deuren sluit. Zover is het gelukkig nog niet, maar het is belangrijk dat gemeenschappen zich voorbereiden op nog grotere schaarste in de zorg.’

Actieonderzoek

In opdracht van het ministerie van VWS deden Rutten en collega-onderzoekers van het lectoraat organisatie van zorg en dienstverlening van Han University of Applied Sciences actieonderzoek bij drie initiatieven om de samenredzaamheid in een gemeenschap te vergroten. Ze werkten hierbij samen met de stichting Kwaliteit en Ontwikkeling Huisartsenzorg (KOH).

Ze observeerden niet alleen wat er bij deze initiatieven gebeurde, maar koppelden hun bevindingen met adviezen direct terug naar de lokale partijen. Die konden daar dan mee aan de slag om de domeinoverstijgende samenwerking tussen inwoners en zorg- en welzijnsprofessionals te verbeteren.

Geert Rutten
© Geert Rutten

De onderzoekers namen drie initiatieven onder de loep, in Brummen, America en het Arnhemse stadsdeel Presikhaaf. Drie initiatieven in verschillende stadia van netwerkontwikkeling en verschillende omgevingen, legt Rutten uit. ‘America is een kleine kern met een grote sociale cohesie. De inwoners hebben diverse voorzieningen zien verdwijnen. Vanuit zorgen voor de toekomst zijn ze bottom-up aan de slag gegaan om een vitale dorpsgemeenschap te bevorderen die in eigen regie gezondheids- en welzijnsdiensten levert.’

Heldere visie geeft focus

De coöperatie die de inwoners van America eerder hadden opgericht, was een beetje in het slop geraakt, vertelt de onderzoeker. ‘Gelukkig hadden ze er het bijltje nog niet bij neergegooid. Ze hebben de missie en visie opnieuw vastgesteld, waardoor ze focus konden aanbrengen in wat de nieuwe Vitaliteitscoöperatie wel en niet wilde oppakken. Daarnaast hebben ze de samenwerking  gezocht met een professionele welzijnsorganisatie.’

Buurtverbinders in Brummen

Brummen is een groter dorp waar de sociale cohesie wat minder is. Hier komt het initiatief van een huisarts die de problemen van de zorg op zich af zag komen. ‘Het gevoel van urgentie van de Brummenaren moest nog wel groeien. We merkten dat de inwoners het vooral zagen als een probleem van de zorg, en minder als hun eigen probleem. In plaats van inwoners te vragen of ze wilden bijdragen aan de oplossing van het zorgprobleem, is de vraag daarom anders gesteld: waar zou je aan willen werken in de wijk? Dat maakte meer energie los; toen kwamen ze op zaken als het installeren van buurtverbinders en het verzorgen van informatieavonden over gezondheidsthema’s.’

Huisarts met tablet
© VWS/PureBudget

Overvraagde huisartsen

Presikhaaf ten slotte is een multiculturele stadswijk. Hier kwam het initiatief ook van bovenaf, vanuit eerstelijns zorgprofessionals in een gezondheidscentrum. De huisartsen voelden zich overvraagd en wilden een betere verbinding met de wijk. Hoewel de cohesie binnen de diverse bewonersgroepen groot kan zijn, is de samenhang in de wijk als geheel minder dan in Brummen of America.

De huisartsen zijn meer gaan werken volgens de beginselen van positieve gezondheid, waarbij ze niet alleen kijken naar de fysieke gezondheid, maar ook naar mentale en sociale factoren die hierbij een rol kunnen spelen. Patiënten worden van hieruit beter doorverwezen naar het sociale domein. Daarnaast wordt voor een deel van de laagcomplexe zorgvragen door de praktijkassistenten samen met de patiënten een passende oplossing gezocht, waardoor een consult met de huisarts niet meer nodig is. Een direct contact met de inwoners kwam niet goed tot stand. Om dat te verbeteren is contact gezocht met welzijnswerk.

Wederzijds begrip

Een belangrijk succesfactor voor domeinoverstijgende samenwerking in de wijk is wederzijds begrip tussen betrokken partijen, stelt Rutten. ‘Inwoners, welzijnsprofessionals en zorgprofessionals moeten elkaar kennen en elkaars taal leren spreken. Soms verstaan ze onder hetzelfde begrip verschillende dingen, of gebruiken ze voor hetzelfde ding verschillende begrippen. Wij hebben de Methode Wederzijds Begrip ontwikkeld en toegepast om de dialoog te stimuleren en hen te helpen zich in de ander te verplaatsen.

Naast begrip en een gedeelde taal is een gezamenlijk doel en een gedeeld gevoel van urgentie belangrijk. ‘Partijen moeten de urgentie voelen en de meerwaarde zien van het ontwikkelen van een domeinoverstijgend netwerk. Verder helpt het als binnen de kerngroep van het initiatief verschillende rollen vervuld zijn: de visionaire initiatiefnemers, maar ook de kartrekkers die doorzetten als het even tegenzit en verbinders die relaties met belangrijke stakeholders leggen en warmhouden. En kennis over organisatieveranderprocessen is ook zeer gewenst.’

5 tips voor samenwerken een samenredzaamheid

Voor wie een burgerinitiatief wil beginnen om samenredzaamheid te stimuleren, heeft Rutten de volgende tips:

  1. Stel een heldere missie en visie op om te bepalen wat je wel en niet doet.
  2. Maak afspraken over de samenwerking, maar word geen praatgroep. Kijk naast de langetermijndoelen naar ‘quick wins’. Resultaten stimuleren de motivatie.
  3. Verzamel de juiste mensen om je heen met de juiste competenties die elkaar aanvullen.
  4. Zorg dat inwoners en professionals al in een vroeg stadium gezamenlijk het netwerk ontwikkelen en werk samen op voet van gelijkheid.
  5. Wees geduldig en zet door; er komen zeker teleurstellingen, maar laat je daardoor niet uit het veld slaan. Zie ze als leermomenten.

De onderzoeker roept het ministerie van VWS op om inwoners duidelijk te informeren dat het zorgstelsel gaat veranderen en dat die inwoners daar zelf een belangrijke rol in hebben. Daarnaast kan de overheid verandering faciliteren, onder andere door te zorgen voor passende integrale financieringsstructuren. Verder zou het helpen als alle kennis die partners die deelnemen aan initiatieven voor domeinoverstijgende samenwerking rondom gezondheid nodig hebben centraal wordt aangeboden. ‘Er is heel veel beschikbaar, maar het is erg versnipperd.’